Oudste natuursteenbewerking gevonden in Egypte

De oudste aanwijzingen van historische architectonische natuursteenbewerking zijn gevonden in Egypte, in de Saqara necropolis, hoofdzakelijk in het grafcomplex van Koning Zoser (2780 v. Chr.). Het betreft de trappiramide van kalkstenen blokken ontworpen door minister Imhotep, die wordt beschouwd als de eerst bekende architect. De piramide is omgeven door een muur van goedgevormde kalkstenen blokken van gunstig formaat. Binnenin de tombe is een levensgroot beeld van koning Zoser uit kalksteen gevonden. Dit wijst erop dat natuursteen behalve voor bouwkundige doeleinden, ook voor beeldhouwwerken werd gebruikt.

Het is waarschijnlijk dat het idee van eersteklas marmer zich in het oude Egypte ontwikkelde als een gevolg van de grote symbolische macht die werd geassocieerd met (bouw)werken bestaand uit het materiaal. Volgens vele onderzoekers werden verschillende eigenschappen van natuursteen (waaronder de donkere kleuren, de oppervlakten die glad gepolijst konden worden en de hardheid van de steen) verbonden met de idee van onsterfelijkheid; daarom werd natuursteen met deze eigenschappen vooral gebruikt voor religieuze en monumentale kunst. Gezien vanuit dit perspectief, waren materialen bestaande uit silicaat, zoals graniet, syeniet, en porfier, waarschijnlijk de hoogst geprezen en geprijsde van de natuursteensoorten, omdat deze konden worden gebruikt voor werken die niet alleen esthetische, maar ook symbolische waarde hadden. De zachte niet polijstbare materialen werden gekozen voor decoratieve doeleinden in de strikte betekenis van het woord: werken die werden verfraaid met kleuringen en de toevoeging van gekleurde steen.

Op February 17, 2009